Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], Toen zeide Simson tot [7]henlieden: [8]Ik ben ditmaal onschuldig van de Filistijnen, wanneer ik aan hen kwaad doe. 7. Te weten, van de Filistijnen. 8. Hij wil zeggen dat hij rechtvaardige oorzaak heeft om de Filistijnen te beschadigen. Vergelijk boven, hfdst.14 vs.4, en onder, vs.11.